Ambtelijk vakmanschap: de samenleving als kompas

Ambtelijk vakmanschap was het onderwerp van het drukbezochte 111-ste Reuring café, georganiseerd door de Vereniging voor OverheidsManagement met Maarten Schurink (secretaris generaal BZK) als gastheer en als gasten Kristel Lammers (NPRES), Wouter Koolmees (NS), Bijzonder hoogleraar transities in de publieke sector Anchrit Wille (Universiteit Leiden) en journalist en presentator Hugo Logtenberg. En zoals gebruikelijk vervulde Mark Frequin de rol van debatleider.

Beeld: ©Ingrid van Dijk
De gasten: (vlnr) Kristel Lammers, Wouter Koolmees, Anchrit Wille, Hugo Logtenberg

“We hebben voor het onderwerp ambtelijk vakmanschap gekozen omdat het zo’n mooi vak is wat we uitoefenen en we dat ook wel mogen vieren. Ik vind het elke dag weer een eer om dit vak te mogen doen. Met dit Reuring café willen we daarom aandacht geven aan wat het ambtenaarschap inhoudt en hoe je dat goed uitvoert in politiek en maatschappelijk roerige tijden “, aldus Maarten Schurink. “Werken voor de politiek of voor de samenleving, dat is zo’n vraag waar het goed is om het met elkaar over te hebben. Mijn antwoord op die vraag is glashelder: ik werk voor de samenleving. Ik weeg daarin wel mee de maatschappelijke en de politieke dynamiek, vragen als wat is uitvoerbaar, wat is haalbaar. Maar die samenleving daar gaat het om. En daarom kan ik ook mijn werk doen voor ministers van verschillende politieke kleur en voor verschillende coalities. Omdat ik uiteindelijk als kompas de samenleving heb."

Toegenomen druk
De gasten op de bank zijn het er over eens dat er flink wat bewegingen zijn die een herijking van het ambtelijk vakmanschap urgent maken. Henk Logtenberg: “Er wordt steeds meer druk gezet op de overheid, door een steeds verder gefragmenteerde en gepolariseerde politiek. En diezelfde druk voelen wij journalisten ook. Wij liggen zelf ook meer onder vuur en zijn vaker de schietschijf van de maatschappij.” Wouter Koolmees: “Die steeds grotere diversiteit in de politieke arena maakt het zeker ingewikkelder.” Logtenberg signaleert de opkomst van ‘satellietpartijen’ die voor de gevestigde partijen het maken van compromissen minder aantrekkelijk maken. “Dat zie je met D’66 en Volt, met Groen Links en de Partij voor de Dieren: een compromis van de gevestigde partijen biedt kansen voor de satellietpartijen.” Wouter Koolmees was in zijn tijd als minister van Sociale Zaken initiatiefnemer van het programma Werk aan Uitvoering (WAU). “Onderdeel van een herijking van ambtelijk vakmanschap is het geven van een stem aan de uitvoering. En vanuit de ambtelijke rol steeds de uitvoerbaarheid van beleid onder de aandacht te brengen.”

Politisering verhoudingen
Toen Anchrit Wille benoemd werd tot bijzonder hoogleraar transities in de publieke sector wijdde ze haar inaugurele rede “De illusie van het politieke primaat” aan de toegenomen onmacht en onzekerheid van de politiek. Tegelijkertijd werden de ambtelijke politieke verhoudingen gepolitiseerd, waarbij de ministers met de top van de ambtelijke organisatie (SGs en DGs) primair gericht zijn op uitvoering van het regeerakkoorden op de verdediging van bewindspersonen. Wille pleit voor een duidelijker scheiding tussen de politieke en ambtelijke professionaliteit: “De idee dat ambtenaren meer vanuit de bedoeling en de samenleving opereren vind ik positief.”

In contact met de maatschappij
Kristel Lammers, directeur van het Nationaal Programma Regionale Energie Strategie voegt een ander element toe aan de maatschappelijke context waarin de ambtenaren hun werk doen. “Ik zie dat er overal energiecoöperaties ontstaan die op andere manier dan voorheen zaken tot stand weten te brengen en invulling geven aan de energietransitie. Voor ons ligt de focus op het zijn van de goede gespreksleider en het investeren in een goede relatie met een breed scala aan partijen, zoals provincies, gemeenten, netbeheerders, het Rijk, omgevingsdiensten, koepelorganisaties en waterschappen. Het gaat om echt interesse tonen in de verhalen van anderen. Dat doen we landelijk en in de regio’s. Het gaat bij ons altijd om een samenwerking: niemand is de baas.” Maarten Schurink: "Ik vind dat dat echt een wezenlijk onderdeel is van het ambtelijk vakmanschap: het beschikken over goede voelhoorns om zo te weten wat er in de maatschappij leeft. Om op die manier uit te vinden wat kan en haalbaar is.”

Tegenspraak organiseren
Tijd voor vragen uit de zaal. “Hoe kijken de gasten naar tegenspraak, wat is hun ervaring daarmee? Hebben ze situaties meegemaakt waarin te weinig geluisterd is, of te weinig tegenspraak is gegeven?” Maarten Schurink: “Ik heb situaties meegemaakt dat ik besluitvorming plaatsvond zonder dat alle benodigde informatie beschikbaar was. Daarom vind ik dat ook de uitvoering aan de bestuurstafel vertegenwoordigd moet zijn.” Kristel Lammers: “Soms denk je misschien iets te gemakkelijk: we krijgen het wel verteld, we lossen het wel op. Alle keuzen die je maakt kunnen ook een neveneffect hebben.” Maarten Schurink: “Tegenspraak is onderdeel van ambtelijk vakmanschap. Basis voor een goede relatie is dat je met elkaar bespreekt hoe je samenwerkt en hoe je zorgt voor openheid en veiligheid waarin je zaken op tafel kunt leggen.”

Kom uit je bubbel
Vanuit het publiek een vraag over de verdere ontwikkeling van het ambtelijk vakmanschap, vraagsteller vindt de vernieuwde ambtseed vanwege de betere koppeling aan de rechtsstatelijkheid en de democratische waarden al een heel goede stap. Wat precies de juiste vormen zijn om het ambtelijk vakmanschap verder te ontwikkelen is iets waar de gasten over van mening verschillen. Wouter Koolmees: “Elke vorm die leidt tot een grotere bewustzijn helpt. Het debat daarover moet gevoerd worden.” Kristel Lammers: “Wat voor mij heel belangrijk is: ga in gesprek verschuil je niet achter beleid, maar ga de samenleving in en doe dat in de volle breedte. Het besef dat je in een bubbel zit, en dat er ook een andere bubbels zijn – dat is voor mij een belangrijke basis voor de verdere ontwikkeling van ambtelijk vakmanschap.”

Oog voor lange termijn
Het laatste deel van het gesprek richt zich op politieke sensitiviteit en de noodzaak om vanuit het ambtelijk perspectief er voor te zorgen dat de lange termijn en de verder weg gelegen doelen in het werk van de overheid goed worden meegenomen. Kristel Lammers: “Ambtenaren kunnen helpen om het historisch geheugen in het proces te brengen.” Maarten Schurink: “Het accent wordt steeds meer op het hier en nu gelegd dat heeft impact op ons vakmanschap en vraagt om tegenwicht.” Wouter Koolmees: “De meerwaarde van het ambtelijk apparaat zit  voor een  belangrijk deel in het bieden van continuïteit en het lange termijn perspectief.”
 

Ter afsluiting een rondje waarin de gasten een laatste gedachte aan het publiek meegeven:

Maarten Schurink: “We hebben het onderwerp nog niet uitgediscussieerd. Ik hoop dat we dit gesprek voortzetten binnen de Rijksdienst, maar ook met provincies en gemeenten. En dat we dat niet alleen onderling doen, maar juist ook met de samenleving om daar ook het belang van een onafhankelijke ambtelijke organisatie te benadrukken.”

Hugo Logtenberg: “Voor mij de vrees en de hoop. De vrees dat Kamerleden steeds meer handelen vanuit de waan van de dag en de hoop dat ambtenaren het historisch geheugen in het proces kunnen brengen.”

Anchrit Wille: “We hebben het gehad over vergezichten, waar gaan we naar toe. Ik vraag me dat ook af voor de politiek. Het ambtelijk vakmanschap is niet slechter geworden, de omstandigheden waaronder ambtenaren moeten opereren zijn wel veel lastiger geworden. Ik vraag me af waar zitten we in 2030 politiek gezien?”

Wouter Koolmees: “Als je leidraden nodig hebt voor ambtelijke ongehoorzaamheid, ben je geen goede ambtenaar.”

Kristel Lammers: “Ik ben er trots op om de samenleving te mogen dienen, ik leer elke dag opnieuw. Laten we onszelf gunnen dat we blijven leren en ontwikkelen.”

Het hele gesprek kan worden teruggekeken op de site van de Vereniging voor OverheidsManagement