Werken met polarisatie in transities

Bij maatschappelijke opgaven en transities is de aandacht vaak gericht op sturing, regelgeving, financiering en de institutionele rol van de overheid. Minder expliciet komt de sociale dynamiek in beeld: hoe mensen zich verhouden tot elkaar, tot verandering en tot het publieke debat. Polarisatie is daarin een niet te negeren kracht. 

Vergroot afbeelding
Beeld: ©Grenzeloos Samenwerken / Grenzeloos Samenwerken
Afbeelding: sfeerimpressie van de bijeenkomst op 16 mei 2025

Eerste verkenning van het begrip ‘polarisatie’

Polarisatie roept bij velen vooral negatieve associaties op. Het wordt vaak gezien als een bedreiging voor de samenleving, als iets wat we moeten vermijden of bestrijden. De boodschap van Jennifer en Esther is dat polarisatie niet altijd destructief is. Het is óók een waardevolle dynamiek, die beweging in gang zet, een drijvende kracht vormt voor sociaal-maatschappelijke vernieuwing en daarmee systeemverandering mogelijk maakt. Juist als we voorbij het conflictframe kijken, ontstaat een rijker handelingsperspectief. Om dat te kunnen benutten, is kennis nodig over de verschillende gezichten van polarisatie, de niveaus van transitie, en de manier waarop overheid en samenleving daarin tot elkaar komen. Daar ging Jennifer in deze themabijeenkomst dieper op in.

Verschillende manieren om naar polarisatie te kijken

Jennifer vertelt dat er vaak onderscheid wordt gemaakt tussen horizontale (groepen tegenover elkaar), verticale (tussen overheid en burgers) en affectieve polarisatie (het gevoel gepolariseerd te zijn). Maar in de wetenschap zijn er meerdere definities en frames die in het denken over polarisatie worden gebruikt.

Ze lichtte er vijf uit. Elk frame werpt een ander licht op de verschijningsvormen, oorzaken en mogelijke reacties op polarisatie:

  1. Polarisatie als georganiseerd vijandschap (Boutellier): een veiligheidsframe, waarin polarisatie wordt begrepen als een probleem dat leidt tot radicalisering, escalatie en conflict. De polarisatieformule die Boutellier hanteert luidt: escalatie x mobilisatie = spanning.
  2. Polarisatie als uiteenlopende standpunten (Van der Maas): een meer kwantitatieve benadering, waarin standpunten steeds extremer en meer tegengesteld worden, en het midden dunner bezet raakt.
  3. Polarisatie als wij-zij denken (Kennisplatform Inclusief Samenleven): een sociaal-psychologisch frame, waarin gevoelens van uitsluiting en identiteit een belangrijke rol spelen.
  4. Polarisatie als gevolg van ruimtelijke ongelijkheid (Soja): een geografisch-politieke benadering waarbij verschillen in macht, kansen en leefomstandigheden zich vertalen in polarisatie.
  5. Polarisatie als motor van systeemverandering (Rotmans): binnen dit frame is polarisatie een inherent onderdeel van transities. Het versnelt de afbraak van het oude systeem en maakt ruimte voor het nieuwe. Maar het kan ook leiden tot maatschappelijke fragmentatie en weerstand tegen verandering. Dit is de benadering die Jennifer en Esther hanteren.

Door deze frames naast elkaar te zetten, ontstaat een breder begrip van polarisatie.

Polarisatie en transitie: hoe grijpen ze op elkaar in?

Jennifer verbindt de polarisatiedynamiek met inzichten uit de transitiekunde. Transities zijn complexe, niet-lineaire processen waarin oude systemen afbrokkelen en nieuwe praktijken ontstaan. Daarbij spelen verschillende niveaus een rol:

  • Het niche-niveau: innovaties, experimenten, kleinschalige initiatieven. Dit betreft de doeners, de start-ups die vaak bottom-up werken aan handelingsalternatieven.
  • Het regime-niveau: de bestaande structuren, regels, instituties. De overheid en haar systemen en regelingen behoren tot dit niveau. Deze systemen zijn over het algemeen log en veranderen traag.
  • Het landschapsniveau: bredere maatschappelijke trends zoals vergrijzing, klimaatverandering of technologische ontwikkelingen. Dit niveau omvat het publieke discours, hoe we denken over ontwikkelingen in de maatschappij en vormt de (veranderende) context waarbinnen een transitie plaatsvindt.

Dit wordt het multi-level perspective model voor transities genoemd.

Vergroot afbeelding
Beeld: ©Grenzeloos Samenwerken / Grenzeloos Samenwerken
Afbeelding: multi-level perspective model van Geels

Aan de hand van de X-curve van DRIFT laat Jennifer zien dat transities bestaan uit zowel een afbouw- als een opbouwlijn, met daartussen een chaotische fase, waarin controle en richting tijdelijk kunnen ontbreken. Polarisatie komt vaak tot uiting in deze tussenzone: mensen voelen onzekerheid, systemen wankelen, er ontstaan nieuwe tegenstellingen en het gevoel dat het nodig is om positie in te nemen groeit.

Ter illustratie gaat Jennifer in op de start-up Scootbezorgd in Arnhem. Dit is een sociale en inclusieve bezorgdienst, waarbij mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt en ouderen met een scootmobiel post en pakketten bezorgen. Dit bedrijf kun je zien als een niche innovatie. Het roept op de andere niveaus vragen op: hoe kijken we naar arbeidsparticipatie en ouderenzorg (regime) en hoe raakt dit initiatief aan bredere thema’s als vergrijzing of de inclusieve samenleving (landschap)?

Polarisatie ontstaat als groepen mensen structureel niet mee kunnen doen. Zo leidt het traditionele frame, dat iemand die niet volledig arbeidsgeschikt en/of ouder is alleen nog kan participeren via de ‘reguliere’ dagbesteding, tot een tweedeling tussen ‘werkenden’ die iets bijdragen aan de maatschappij en ‘niet werkenden’ die dat niet doen. Scootbezorgd breekt los van dit frame en biedt een alternatief, waarbij betrokkenen als volwaardig worden gezien en een werkplek verdienen waarin zij wél van toegevoegde waarde zijn voor de samenleving.

De overheid kent veel regelingen voor arbeidsparticipatie (regime), maar weet niet altijd hoe zij dit soort innovaties (niche) op een constructieve manier kan ondersteunen. Deze vorm van sociaal ondernemerschap past niet een-op-een binnen de huidige beleidskaders en inrichting van het huidige zorgsysteem. Dit kan leiden tot verticale polarisatie.

De massa als dynamisch midden

Een belangrijke vraag bij transities is: hoe krijg je de samenleving mee? Wie zijn de mensen van wie we willen dat ze bewegen of veranderen? In veel modellen wordt dit ‘de massa’ genoemd, het ‘stille midden’ tussen voorlopers en tegenstanders. Maar Jennifer stelt dat dit midden allesbehalve homogeen is. Mensen bewegen zich voortdurend tussen verschillende posities, afhankelijk van het thema, de context en hun persoonlijke ervaringen.

Het model van Bart Brandsma helpt om dit beter te begrijpen. Hij maakt onderscheid tussen:

  • Pushers: de radicale voorstanders van verandering
  • Joiners: voorlopers die graag mee willen
  • Followers: het brede midden, de groep die nog twijfelt of afwacht
  • Opposers: mensen die zich actief verzetten
  • Pullers: de radicale tegenstanders.
Vergroot afbeelding
Beeld: ©Grenzeloos Samenwerken / Grenzeloos Samenwerken
Afbeelding: denkkader polarisatie van Brandsma

De massa bestaat dus uit meerdere subgroepen, met eigen motieven. Soms zijn mensen in het midden bewust stil, voelen ze zich onvoldoende gehoord, hebben ze andere urgente belangen en vaak zijn ze juist de sleutel tot verbinding. Door deze meerstemmigheid serieus te nemen, wordt het mogelijk om het ‘social tipping point’ sneller te bereiken: dit is het moment waarop voldoende mensen in beweging komen om echte systeemverandering mogelijk te maken.

De kunst is dus om de massa niet te zien als een passieve groep, maar als een veelkleurig palet van belangen, zorgen en verlangens. Daarin ligt ook een rol voor de overheid: het zichtbaar maken van dit midden, het betrekken van deze groep bij transitievraagstukken en het faciliteren van de initiatieven die uit dit midden worden opgezet. Door rekening te houden met uiteenlopende belangen, zorgen en wensen ontstaan betere oplossingen.

De verhouding van de overheid tot de samenleving

In transities is het verleidelijk voor de overheid om stevig te gaan sturen op niches of om ze snel op te schalen, zeker als een initiatief veelbelovend lijkt. Maar dat kan averechts werken. Een deelnemer waarschuwt voor het ‘doodknuffelen’ van niches: doordat de overheid de regie overneemt of administratieve lasten oplegt, verliezen initiatieven hun slagkracht of draagvlak.

De verhouding van de overheid tot de samenleving moet flexibel en adaptief zijn. Het NSOB-kwadrant biedt hierin houvast. Dit kwadrant beschrijft vier rollen voor de overheid:

  • Rechtmatig: gebaseerd op wet- en regelgeving
  • Presterend: gericht op doelmatigheid en resultaat
  • Netwerkend: samenwerkend, faciliterend
  • Responsief: luisterend en reagerend op wat er speelt in de samenleving.

Voor transities zijn vooral de netwerkende en responsieve rollen belangrijk. Die horen nieuwe vaardigheden bij: werken vanuit vertrouwen, ruimte en ondersteuning geven aan initiatieven, omgaan met onzekerheid. Daarbij is het essentieel dat de overheid zich bewust is van haar positie in het speelveld, en zorgvuldig omgaat met communicatie en timing. Dit vraagt een verandering van grondhouding: van een sturende naar een dienende overheid.

De kracht van een spelsimulatie

Om de dynamiek van polarisatie en transities tastbaar te maken, ontwikkelden Jennifer en Esther de serious game POLARIS. In dit spel zijn deelnemers inwoners van een fictieve stad, elk met een eigen rol: bestuur, media, handhaving, burgers of sociale instellingen. Doel is om samen een Bruto Nationaal Geluksindex van 70 te behalen. De strategie moeten partijen zelf ontwikkelen, terwijl het speelveld snel verandert en gekenmerkt wordt door botsende belangen.

Vanwege de beperkte tijd, speelden deelnemers aan de bijeenkomst een verkorte versie van POLARIS. Hierin kwamen herkenbare situaties voorbij: de bouw van een asielzoekerscentrum, botsende belangen tussen wijken en rolverwarring binnen het gemeentebestuur. De burgemeester probeerde te verbinden, maar kreeg te maken met wantrouwen. De wijkcoördinatoren speelden een cruciale maar kwetsbare rol en de media beïnvloedden zichtbaar de stemming in de stad.

Vergroot afbeelding
Beeld: ©Grenzeloos Samenwerken / Grenzeloos Samenwerken
Afbeelding: sfeerimpressie van de bijeenkomst op 16 mei 2025

Lessen uit de spelsimulatie

Uit deze spelsessie kwamen verschillende inzichten naar voren:

  • De burgemeester werd gezien als bruggenbouwer, maar miste door tijdsdruk het contact met belangrijke spelers.
  • Wijkcoördinatoren vormden een belangrijke schakel, maar waren soms onvoldoende beschikbaar.
  • Het team Overheid koos voor een responsieve stijl, wat leidde tot betere aansluiting bij bewoners, maar tegelijkertijd de interne rolverdeling en afstemming verstoorde.
  • De media hadden veel invloed, onder meer via lokale influencers, wat zowel positief als ontregelend werkte.

Spelsessies met andere groepen leveren aanvullende reflecties op:

  • Beleid werd soms opgelegd zonder overleg met bewoners.
  • Lokale oplossingen blijken vaak het meest effectief.
  • Het midden is niet altijd zichtbaar, maar wel invloedrijk.
  • Social media beïnvloeden de besluitvorming soms onbewust.
  • De overheid mist regelmatig aansluiting bij lokale contexten.
  • Vertrouwen en toezicht zijn essentieel, ook binnen de overheid zelf.
  • Wijkcoördinatoren kunnen klem komen te zitten tussen beleid en uitvoering.

De belangrijkste adviezen die hieruit te destilleren zijn:

  • Zorg voor heldere rolverdeling en communicatiekanalen.
  • Investeer in sleutelfiguren die het sociaal weefsel versterken.
  • Gebruik media en communicatie bewust, inclusief lokale stemmen.
  • Faciliteer gedeelde verantwoordelijkheid en gezamenlijke monitoring.

Conclusie

De bijeenkomst maakte illustreerde dat transities altijd ‘rommelig’ zijn, en dat rollen, verwachtingen en verantwoordelijkheden voortdurend verschuiven. Daarnaast werd duidelijk dat polarisatie geen tegenkracht is, maar een richtinggevende dynamiek die bij elke transitie hoort.

Werken met polarisatie vraagt om nieuwe handelingsperspectieven. Door beter te begrijpen hoe polarisatie werkt, kunnen overheden en maatschappelijke partners effectiever omgaan met de complexiteit van transities.

Het inzetten van de spelsimulatie POLARIS helpt daarbij: maakt voelbaar wat er speelt, nodigt uit tot reflectie en tot betere samenwerking. Het laat zien dat transities niet alleen beleidsmatig zijn, maar ook relationeel, emotioneel en politiek.

Vergroot afbeelding
Beeld: ©Grenzeloos Samenwerken / Grenzeloos Samenwerken
Afbeelding: Esther Verhamme en Jennifer van Exel

Meer weten?

Wil je POLARIS inzetten binnen je organisatie of meer leren over het koppelen van transitievragen aan sociale dynamiek? Neem dan contact op met Jennifer van Exel of Esther Verhamme. Meer informatie is te vinden via de website van POLARIS.