Reflectie Hanne Bikker nav boekpresentatie en symposium 'Leiders in de storm'

Hoe koesteren en beschermen wij onze democratie? Welke rol hebben ambtelijk leiders daarin? Zo’n honderd leidinggevenden en andere belangstellenden praatten 12 oktober mee over deze vragen, tijdens het symposium Leiders in de storm. Enkele van hen deelden na afloop hun overdenkingen, zo ook Hanne Bikker, zelfstandig bestuurskundig adviseur. Hij was kwartiermaker voor het rijksbrede programma Dialoog & Ethiek en voert nu een verkenning uit naar een dergelijk programma voor gemeenten.

Voorwaarts, moed!

Pikante momenten, priemende vragen, pakkende dilemma's, prachtige impulsen - ze waren er allemaal op 12 oktober, de avond dat het praktijkboek Macht en Moed van Erik Pool werd gepresenteerd. Ik pik er één vraag uit: hoe komen krijgsmacht en maatschappij met elkaar in gesprek? Zo’n vraag leidt tot nieuwe vragen en nodigt dus uit tot een gesprek.

De precieze vraag was: hoe kan de krijgsmacht (na decennia van aftocht en bezuinigingen, sinds een paar jaar weer in de belangstelling) het narratief doorbreken, hoe kan een gesprek met de maatschappij vorm krijgen? De taal erachter was die van lef en handelingsvermogen, maar ook van de mensen niet bang willen maken. En vooral dat laatste raakte me en roept vragen op. Als de krijgsmacht het land wil meenemen in een open gesprek over dreiging en bescherming, zonder mensen bang te willen maken, hoe doe je dat dan?

Als het volgende boek 'krijgsmacht en krijgsmoed' gaat heten, dan is het raadzaam om die angst te onderzoeken: waaruit bestaat ze, voor wat ben je bang, wat maakt dat je bang bent, hoe zie je jezelf en hoe zie je de ander met wie je in gesprek wilt? En andersom: wat heb je naast angst nog meer te bieden: moed, een verhaal, waarden, een groter, misschien wel algemener belang? Een groter verhaal waar mensen zich achter kunnen scharen, inclusief hun mitsen en maren? De krijgsmacht is er als overheid om land en burgers te beschermen. Wat is de rol van geweld daarin? Zijn we door de gewenning aan vrede het gesprek over oorlog, om de hoek en op de stoep, verleerd?

De filosofie helpt ons om de juiste beleidsvragen te stellen, ook over de dualiteit van geweld en gesprek. De rijke praktijk van bestuurskunde en communicatie (die allebei weer putten uit nog meer disciplines) kan en wil ons helpen antwoorden te formuleren en perspectieven te schetsen. Zo kan een gesprek tussen overheid en samenleving vorm krijgen aan de hand van vijf indicatoren: het sturingsprincipe, vorm en mate van openheid, het karakter van de dialoog, oog voor het belang van de burger en de mate van wederkerigheid. Enkele vragen daarbij zijn, in dezelfde volgorde: is communicatie geschikt als beleidsinstrument, wat wordt gevraagd en gegeven, welk karakter draagt de argumentatie, heeft de burger keuzevrijheid en hoe staat het met interactiviteit en responsiviteit?

Voorwaarts, moed!