Luisteren is iets anders dan horen

Wanneer je langzaam je gehoor verliest terwijl luisteren in je vak essentieel is, wat gebeurt er dan? En wat neem je mee uit die periode wanneer je na een operatie weer 93% spraakverstaanbaarheid hebt? Een gesprek met Esther Blaauw, programmeur van het Hannah Arendt Podium over horen, luisteren, verhalen vertellen en gehoord worden. Alleen al het woord spraakverstaanbaarheid is fascinerend. Het medisch vakjargon maakt duidelijk dat we naast spraak ook nog heel veel andere dingen horen. En uiteraard beïnvloedt dit hoe we luisteren.

Vergroot afbeelding Esther Blaauw
Esther Blaauw

Een ingrijpende operatie

In de afgelopen twintig jaar is Esthers gehoor aan beide oren langzaamaan slechter geworden. De afgelopen twee jaar ging het sneller. Op enig moment beperkte dit haar werkzaamheden voor het kernteam Dialoog & Ethiek, waar zij onderdeel van uit maakt. Voor een groep staan ging niet meer en ook overleggen waren ondanks de diverse hulpmiddelen niet goed meer te volgen. Een ingrijpende operatie (het inbrengen van een cochleair implantaat, door kenners CI genoemd) was een logische, maar grote stap. Social media hielpen Esther bij de (mentale) voorbereiding; wat zijn de risico’s, hoe ziet het herstel eruit? De operatie werd een succesverhaal, vonden ook de artsen, het implantaat werkte eigenlijk meteen en het wennen viel mee. 

Actieve houding

In de tijd dat Esther nog geen cochleair implantaat had, kreeg binnen Dialoog & Ethiek het thema ‘luisteren’ een plek in het programma. Wat houdt luisteren in, hoe leer je luisteren en hoe bevordert het de dialoog? De theorie is echter wat anders dan de praktijk. Luisteren is voor iemand als Esther, die zichzelf een echte zender en associatief denker noemt, niet direct eenvoudig. Luisteren begint dan wel met horen, maar vraagt om een actieve houding, luisteren naar een ander kost moeite. Voor Esther is die moeite vooral het schakelen tussen luisteren naar haar eigen associaties en luisteren naar een ander. Dus nu het gehoor terug is en zij haar omgeving weer verstaat is het een hele uitdaging niet in het oude patroon van zenden terug te vallen en het ‘luisteren naar een ander’ actief te belichamen.

Vergroot afbeelding
Beeld: ©Onbekend
Hannah Arendt

Nadenken en luisteren scheiden

Luisteren vraagt om tijd om te laten doordringen wat er gezegd wordt. Esther brengt het nog een stap verder. Eigenlijk gaat nadenken en luisteren niet goed samen. Ze haalt scenes aan van de film over het leven van Hannah Arendt. Hannah ligt uren rokend op een bank na te denken over wat ze gehoord heeft bij het Eichmann proces en hoe haar omgeving daarop reageert. Toegegeven, dit is een luxe die de meeste mensen niet hebben, maar in wezen zou je luisteren en het erover nadenken moeten leren scheiden, vindt Esther.

Het creëren van een vrije ruimte om te luisteren of na te denken is volgens Dialoog & Ethiek belangrijk voor het uitoefenen van ambtelijk vakmanschap. Esther herinnert zich een gesprek over de vraag of nadenken kwaad kan voorkomen. Want als je nadenkt, dan stel je je handelen uit. Aan de andere kant, als het kwaad al gaande is, is tijd voor nadenken dan ook goed? Of is het een vlucht om weg te blijven van handelen, en de mogelijke gevolgen die dat voor jou persoonlijk kan hebben?

Meer dan woorden

Als er in een gesprek wat op het spel staat dan is het natuurlijk belangrijk om de juiste woorden te onthouden die gebruikt worden, die zijn vaak zorgvuldig gekozen. Al draait het bij luisteren toch om een breder pallet. Goed luisteren vraagt ook om op te merken hoe iets gezegd wordt; wat is de stemklank, het spreektempo, de non-verbale communicatie. Je onthoudt van een gesprek vaak de essentie en een gevoel. Esther merkt op dat het luisteren naar echte ambtenarentaal (waarin elk woord soms in de lijn gewogen is) veel moeilijker gaat. Als voorbeeld haalt ze een bijeenkomst aan waarin over bezuinigingen wordt gesproken. Hoe goed ze ook luistert, de routinematige woorden die bij zo’n praatje horen verhullen wat er niet gezegd wordt, bijvoorbeeld de angsten of zorgen die bij een taakstelling naar boven komen. En als die in een zo’n verhaal ontbreken is het lastig om je aandacht erbij te houden.  

Nooit genoeg van verhalen

En zo komen we bij het belang van verhalen vertellen. Als je wil dat er naar je geluisterd wordt moet je eigenlijk meer doen dan efficiënt en direct zenden, zoals we op de werkvloer vaak doen (of met een vaak meer emotionele variant op de socials). Dit zenden heeft veel meer te maken met snel macht en invloed willen uitoefenen, het is een streling voor het ego dat past in de steeds individueler wordende tijd (en zit - voor de liefhebber - meer in de hoek van de masculiene energie). Nee, verhalen vertellen gaat over de tijd nemen, over een persoonlijke ervaring overdragen die van belang is, het verbinden met een groep (meer de hoek van de feminiene energie). Als voorbeeld vertelt Esther over de verhalen in haar familie. Gebeurtenissen uit haar leven die ze aan haar kinderen wil doorgeven, en waarvoor ze eenzelfde verhaal vaker verteld. Hierbij is ze zich bewust dat ze die verhalen passend maakt, om de pijn die er soms in zit voor zichzelf of de ander dragelijk te maken. Het gaat om de boodschap die erin verpakt is.

Ook Esthers vader is iemand die graag zendt. Nu hij erg oud is valt het op dat hij steeds dezelfde verhalen uit de oorlog vertelt. Hoe lukt het haar om daar dan toch elke keer naar blijven luisteren?  Door te zoeken naar de kern van wat hij wil overdragen, het verhaal achter het verhaal. En door op de details te letten die erbij komen of worden weggelaten, en daarop door te vragen. Dus door een open en nieuwsgierige luisterhouding aan te nemen, ook als je een verhaal al vaker gehoord hebt.

De plek doet ertoe

Voor een goede luisterhouding is het nodig dat er geen afleiding is. Voor een slechthorend persoon als Esther betekent dat ook iets voor de plek waar we elkaar spreken, dus liever niet in een druk restaurant. Wat Esther ook helpt is geen telefoons in de buurt omdat die het te makkelijk maken om uit het gesprek te vluchten. En stiltes in een gesprek kunnen verdragen, want als je met smalltalk een gesprek gaande houdt kan je minder goed luisteren. En tot slot: je gezien voelen. Voor de operatie was dat voor Esther meer dan essentieel; als mensen haar niet aankeken dan kon ze niet liplezen en dus naast niet horen ook niet luisteren.

En dan neemt het rumoer toe in de kantine van de Turfmarkt waar we elkaar spreken, het is twaalf uur geweest, tijd om te stoppen met luisteren.

Door Johannet Gaemers